Een hond die de hele dag in de weer is en met alle speelgoed aan komt sjouwen. Voortdurend heen en weer loopt en om je heen draait. Geen rust in z’n kont lijk te hebben. Je wordt er als eigenaar helemaal zenuwachtig van en kunt hem soms wel achter het behang plakken. Steeds vaker horen we over overprikkelde en neurotische honden. Maar is dat wel altijd een aangeboren probleem?
Vaak gaat men er bij overactieve honden vanuit dat er een erfelijke aanleg in het gedrag zit en dat er dus weinig aan te doen is. Maar erfelijk gedrag hoeft zich niet te openbaren, net zo min als een slechte omgeving per sé zal leiden tot gedragsproblemen. Het gaat vaak om een combinatie van factoren: een genetische aanleg en een omgeving die de aanleg stimuleert.
Dat kan zowel in negatieve zin als in positieve zin gebeuren. Een hond met perfecte ouders die heel hoog waren bij gehoorzaamheidscursussen kan zich ontwikkelen tot een eigenwijze, drammerige hond als hij opgroeit in bijvoorbeeld een druk gezin waar men weinig aan de opvoeding doet en geleerde dingen niet onderhoudt.
Omgekeerd kan een hond van nerveuze ouders zich in een stabiele omgeving ontwikkelen tot een rustige, betrouwbare huisgenoot. Als je een hond het stempel ‘hyperactief’ opdrukt, is het dus zaak eerst heel goed naar de eigen omgeving en de begeleiding van je hond te kijken. Want alles wat daar niet goed gaat, draagt bij aan het drukke en nerveuze gedrag. Het goede nieuws is, begeleiding en omgeving kun je veranderen, waardoor ook het gedrag van de hond beter wordt.
Mogelijke oorzaken van dit gedrag
Als we het hebben over een hyperactieve en/of neurotische hond, zijn het vaak honden zonder zelfdiscipline. Ze reageren heel overdreven op lichte prikkels en hebben moeite om te ontspannen/relaxen. Er kunnen verschillende oorzaken aan dit gedrag ten grondslag liggen.
Oorzaak 1 – De hond heeft niet geleerd zich aan grenzen te houden door gebrek aan bepaalde gebeurtenissen in zijn vroege jeugd. Veel gaat het dan om honden die al jong bij de moeder zijn weggehaald of met de fles zijn grootgebracht.
Oorzaak 2 – De hond heeft wel geleerd dat er grenzen zijn aan zijn gedrag en hij is in staat zich te kunnen beheersen. Hij groeit echter op in een omgeving waar zijn drukke en ongecontroleerde manier van doen hem veel prettigs oplevert. Dus wordt zijn gedrag, heel vaak onbewust en onbedoeld, beloond waardoor het toeneemt in hevigheid.
Oorzaak 3 – De hond is door aangeboren, fysieke omstandigheden niet in staat juist te reageren op prikkels. Dat kan zijn omdat:
- De hersenen de betekenis van de prikkel niet goed kunnen inschatten, waardoor de hond op elke prikkel sterk reageert, ook als het om een onbelangrijke prikkel gaat die eigenlijk genegeerd had kunnen worden.
- De hersenen de prikkels op de juiste manier waarnemen en verwerken, maar de reactie op die informatie overdreven wordt.
- De hersenen overgevoelig zijn voor prikkels waardoor ze normale prikkels heel heftig waarnemen, waardoor de hond dat heftig – maar voor hen passend – reageert.
Aangeboren overactief, wanneer?
Bij aangeboren overactiviteit, dus bij de hond die om fysieke redenen overactief is, zien we een aantal verschillende symptomen. De hond heeft bijvoorbeeld geen of weinig remming op het bijten. Dat gedrag ziet men al bij de jonge hond. De hond speelt te wild. Hij heeft duidelijk geen controle over dit gedrag. De hond reageert ook erg overdreven op prikkels uit de omgeving en komt eigenlijk nooit echt tot rust. Hij verkeert in een constante toestand van activiteit.
Dergelijk gedrag gaat vaak samen met stuk makten, eetstoornissen als overmatig eten en schrokken en het niet kunnen afgeven van een bal of speeltje.
Soms vertonen deze honden ook slaapstoornissen die bij de ene hond steeds waarneembaarder zijn en die bij de andere hond slechts een bepaalde periode is. Verder kunnen dergelijke honden slecht reageren op gehoorzaamheidsoefeningen. Ze communiceren slecht met soortgenoten en gedragen zich ‘asociaal’ en alsof ze niet gesocialiseerd zijn, terwijl dat in werkelijkheid wel gebeurd is.
En tot slot vertonen hyperactieve honden vaak een onvermogen om het eigen lichaam te overzien. Ze maken ongecontroleerde bewegingen en zijn daarom ongeschikt om mee te spelen. Soms reageren ze overdreven op pijn of nemen ze juist geen pijn waar (zeer hoge pijngrens).
Het gedrag ontstaat doordat de hond niet in staat is na een nieuwe prikkel een daarbij behorend gedrag te ontwikkelen, waardoor iedere bekende prikkel voor de hond een nieuwe prikkel is. Er ontstaat geen gewenning, waardoor het gedrag steeds overdreven is.
Doordat de hond niet gewoon met soortgenoten kan omgaan, wordt hij daarmee zo min mogelijk in contact gebracht, om drama’s te voorkomen. Daardoor wordt de hond steeds minder sociaal. De hond wordt mogelijk zeer vooringenomen (angstig), agressief en is vrijwel niet meer te hanteren met andere honden in de buurt.
Wat kun jij doen?
Bij aangeboren overactiviteit is training moeilijk en is medicatie en ondersteuning meestal noodzakelijk. Eventueel samen met een hondengedragskundige kun je met véél geduld en liefde toch veel bereiken.
Is het niet aangeboren, dan ligt het zoals we eerder in dit artikel aangeven aan de omgeving of begeleiding van je hond. Analyseer het gedrag van je hond en probeer te achterhalen wat de oorzaak is. Heb je een druk gezin waarin de kinderen de hond helemaal wild maken? Of woon je op een plek waar veel te zien en te horen is? Of heb je simpelweg niet de ervaring om een neurotische of hyperactieve hond te begeleiden? Hier kun je wat aan doen! Zorg voor een rustige(re) omgeving voor je hond of win advies in bij een deskundige die naar het gedrag van zowel jou als je hond kan kijken en persoonlijke tips kan geven.
Succes, je kunt het!